Monumenten en duurzaamheid

Monumentenbehoud en verduurzaming lijken op het eerste gezicht lastig te combineren. Toch is met kennis van zaken vaak goede milieuwinst en energiebesparing te bereiken. Het gaat bij monumenten altijd om maatwerk. Verduurzamingsmaatregelen zijn het beste uit te voeren tijdens restauratie of onderhoudsbeurt. Dan kan een integrale balans worden gezocht van monumentale waarden, gebruikscomfort, verduurzaming en kostenefficiency.

Beoordeel of u voldoende expertise in huis heeft voor een duurzaamheidsanalyse

Een duurzaamheidsanalyse voor een monument verlangt specifieke deskundigheid. Gedacht moet worden aan architectuurhistorische kennis, kennis van historische bouwconstructies, materialen en technieken, kostendeskundigheid, bouwfysica, deskundigheid van rekenmodellen voor monumenten (zoals DuMo). Tot slot is expertise van duurzaamheidstechnologie en verduurzamingsmaterialen en van installatietechniek belangrijk.

Ga globaal na welke positieve effecten duurzaamheidsmaatregelen kunnen hebben.

Vanuit duurzaamheidsoogpunt is het relevant te kijken naar:

  • Verminderen energieverbruik, verlagen exploitatielasten
  • Hoger gebruikscomfort, beter binnenklimaat
  • Duurzaam materiaalgebruik
  • Verminderen waterverbruik
  • Invloed op omgeving/ecologie
  • Afvalbeperking

Maak een gedetailleerde nulmeting van uw monument.

Leg de bestaande situatie vast met tekeningen, foto’s en beschrijvingen. Kijk daarbij ook naar omgevingsfactoren zoals de aanwezigheid van opties voor duurzame opwekkingssystemen. Leg ook de bouwkundige - en installatietechnische veranderingen in het verleden vast. Leg de gebruiksgegevens vast, zowel de actuele als de historische. Soms is het ook goed om het aantal gebruikers, gebruikstijden, stookgedrag, stooktijden/-periodes inzichtelijk te maken.

Ga na of duurzaamheidsmaatregelen strijdig zouden kunnen zijn met de cultuurhistorische waarden van het monument.

Gebouwaanpassingen en toe te passen technieken moeten ingepast worden in een monument. Bovendien moeten effecten van deze nieuwe technieken op langere termijn goed doordacht worden om te voorkomen dat ongewenste neveneffecten ontstaan (bijvoorbeeld betere kierdichting in de gevel wat leidt tot minder energieverbruik maar ook tot schimmelvorming en houtrot). Er zijn diverse publicaties met voorbeelden over de afweging tussen 'duurzaamheidswaarden' en 'cultuurwaarden':

Maak de keuze om al dan niet van een meetinstrument gebruik te maken en dit in te zetten als communicatiemiddel en afwegingsmodel.

Voor het maken van een keuze uit de meetinstrumenten, passend bij de visie en ambitie van de opdrachtgever, kunnen deskundigen ondersteuning verlenen. Bepaal binnen dat instrument het gewenste niveau dat aansluit bij visie/ambitie. Drie organisaties hebben meetinstrumenten voor duurzaamheid bij monumenten gepresenteerd. Twee sluiten aan bij in de nieuwbouw gangbare meetlatten, namelijk GPR en BREEAM. Een derde is specifiek ontwikkeld voor de monumentenwereld: DUMO.

  • GPR Gebouw meet op vijf thema’s en geeft een extra aantal punten o.b.v. het type monument. Uitkomst is het gewogen gemiddelde van de score op de vijf thema’s
  • BREEAM meet op negen thema’s, geeft daaraan een gewogen score en resulteert in een classificatie op basis van sterren (variërend van 1 tot 5).
  • DUMO meet op vijf DU- thema’s 'duurzaamheid' en bepaalt een MO-index op basis van vijf monumentenaspecten.

Leg de beoogde maatregelen schriftelijk vast

Laat in de duurzaamheidsrapportage vastleggen welke ingrepen worden gedaan. Leg daarbij ook vast wat de geraamde besparingen (in geld en duurzaamheid) zijn. Investeringskosten, terugverdientijden, levensduurfactoren moeten daarbij ook zichtbaar worden gemaakt.

Zoeken

Thema's