Voorbeelden

Eerste alinea

Dorothée Koper is consulent uitvoering Monumentenwet bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, d.koper@cultureelerfgoed

Installaties in monumenten

VOORZICHTIG INBRENGEN

De herbestemming van een monument vergt maatwerk. Om het gebouw aan de nieuwe functie aan te passen worden er meestal nieuwe installaties voor bijvoorbeeld verwarming en elektriciteit ingebracht. Dit kan op zeer zorgvuldige, afgewogen wijze uitgevoerd worden. Maar de praktijk leert dat er ook op destructieve manier te werk wordt gegaan. 

Door Dorothée Koper

Het komt regelmatig voor dat bij de indiening van een restauratieplan en het doorlopen van de procedure voor de monumentenvergunning de installatietechnische eisen nog niet voldoende op tekening of in het bestek zijn uitgewerkt. Oorzaak is dat in veel gevallen op dat moment het programma van eisen nog niet bekend is. Aangezien installatietechniek een beperkte levensduur heeft van vijftien tot twintig jaar, is voorzichtigheid met het inbrengen daarvan in monumenten geboden. Twee voorbeelden.

Dunne voorzetwanden

Een fabriekscomplex, daterend van de zestiende tot de twintigste eeuw, wordt herbestemd tot kantoren, woningen en bedrijven. Als eerste is er een cascorestauratie uitgevoerd en is er een grove indeling naar de verschillende functies gemaakt. Deze werkwijze vereiste een flexibele omgang met het interieur. Daarnaast speelde hier een bouwfysisch probleem van met zout en vocht belaste gevels.

Deze twee factoren bevorderden de keuze voor het toepassen van dunne voorzetwanden om de installaties achter weg te werken, net als de geluids- en warmte-isolatie en de brandwerende voorzieningen. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed adviseert in dit geval positief op het toepassen van dunne voorzetwanden en opdekvloeren. Er is namelijk geen bijzondere interieurafwerking aanwezig en de installatieleidingen worden zo niet in het historische materiaal gefreesd, maar achter deze wanden en onder deze vloeren weggewerkt.

De voorzetwanden dienen licht ventilerend te zijn, om condensvorming te voorkomen. Een belangrijk aandachtspunt is de wijze van bevestiging en de uitvoering van aansluitdetails op het historische materiaal. Op deze manier blijven het historische metselwerk en de houtconstructies intact en blijft het mogelijk het geheel weer in de oorspronkelijke toestand terug te brengen.

Onherstelbare schade

Een groot, monumentaal complex van gebouwen vanaf de zeventiende eeuw wordt geschikt gemaakt voor maatschappelijke doeleinden. Gedurende het uitvoeringsproces is er gekozen voor een zwaar installatiepakket van op- en inbouw van verwarmings- en luchtbehandelingsinstallaties en inbouw van alle elektra en databekabeling. Vanwege het door de opdrachtgever en gebruiker gewenste comfort zijn de installaties van grote omvang.

Een pakket van leidingen, buizen en kanalen wordt door de vertrekken geleid, door muren, vloeren en plafonds geboord, onder vensters geplaatst en op spantbenen bevestigd. Het betreft gedeeltelijk opbouw, weggewerkt achter een ombouw. Door de hoeveelheid en afmeting van de kanalen en buizen echter is de omtimmering zo groot, dat deze een dominante rol gaat spelen in de ruimte. Naast de visuele schade en de gewijzigde ruimtebeleving wordt er grote schade aangebracht aan historisch materiaal. Overige installaties, zoals elektraleidingen en databekabeling, zijn in de muren gefreesd, wat onherstelbare schade heeft veroorzaakt.

Volwaardig meewegen

Dergelijke onherstelbare schade aan het monument had voorkomen kunnen worden. De tekeningen, het bestek en het programma van eisen dienen helder te zijn over de installatietechnische
aspecten. Zo kan al in de procedure voor de monumentenvergunning het programma van eisen bijgesteld worden om de monumentale waarden te respecteren en te behouden.

Zoeken

Thema's